Het kind kan na 10 meter aanschaatsen, 25 meter in de schaatshouding (kniehoek tussen 90 en 100 graden) glijden op één been met de handen op de rug en recht op de schaats.
Aandachtspunt: linker- en rechterbeen.
Het kind kan na 10 meter aanschaatsen, 25 meter in de schaatshouding (kniehoek tussen 90 en 100 graden) glijden op één been met de handen op de rug en recht op de schaats.
Aandachtspunt: linker- en rechterbeen.